Archief voor 3 mei 2012

Leuven haalt finaleplaats bij Toneeltgemee

Negentien gemeenten maakten tijdens ‘Toneeltgemee’, een initiatief van OPENDOEK – Amateurtheater Vlaanderen, kans op de titel. In de finale behaalde Leuven een plaatsje naast Deerlijk, Lier en Tienen. Knokke-Heist kwam als winnaar uit de bus. Let’s go Urban uit Antwerpen sleepte de prijs van de Vlaamse Gemeenschap voor Amateurkunsten in de wacht.

Met dit initiatief wil Amateurtheater Vlaanderen, tijdens de Week van de Amateurkunsten, het belang van amateurgezelschappen in de samenleving in de kijker zetten. Medewerking en ondersteuning van de gemeentelijke of stedelijke overheid is van groot belang voor een toneelgezelschap. Die steun kan heel divers zijn gaande van financiële toelagen tot het aanbieden van een uitleendienst.

In de eerste plaats feliciteer ik graag Knokke-Heist en Let’s go Urban met deze mooie prijs,” zegt de Leuvense schepen van cultuur Denise Vandevoort. “We zijn zelf ook erg trots met onze plaats in de top vijf, zeker omdat het de eerste keer is dat Leuven meedoet aan deze wedstrijd. De inzet van de stad Leuven om haar talrijke amateurgezelschappen maximaal te ondersteunen is dan ook niet gering”, vervolgt de schepen. “Op financieel vlak, logistieke steun, technische of promotionele ondersteuning, we zijn op veel terreinen actief. Op logistiek vlak bijvoorbeeld biedt de stad haar culturele infrastructuur aan. De amateurverenigingen kunnen hier gratis of aan een gunstig tarief gebruik van maken voor hun voorstellingen, repetities of vergaderingen. Op technisch vlak stelt de stad haar uitleendienst ter beschikking waar amateurtheatergroepen allerlei materiaal kunnen uitlenen voor hun activiteiten. Ook op financieel vlak staat de stad klaar om bij te springen. Ze geeft bijvoorbeeld jaarlijks aan één toneelvereniging de kans om een voorstelling te brengen met gratis gebruik van de 30CC/Schouwburg en de theatertechnici. Daarenboven krijgt deze vereniging een mooie subsidie.

Om haar amateurgezelschappen verder aan te moedigen en waardering te tonen voor hun talrijke projecten, reikt Leuven jaarlijks drie toneelprijzen uit waarbij de winnaars stevig in de bloemetjes gezet worden. Vanaf 2013 is er ook Amateurama, de culturele hoogdagen voor verenigingen. En dit is maar een greep uit het volledige ondersteuningsplan van de stad.

Zet al deze inspanningen naast het grote aantal gemotiveerde en gepassioneerde amateurspelers en regisseurs dat zich dagelijks inzet om een gevarieerd publiek kwaliteit aan te bieden en je ziet dat Leuven een echte amateurtheaterstad is”, voegt schepen Vandevoort toe. “Ik wil daarbij ook een bijzonder woord van dank uitspreken aan Jan Schoolmeesters, Leuvenaar en toneelman in hart en nieren. Jan was degene die er ons op wees dat Leuven eigenlijk heel intensief met verenigingen bezig is en zich zonder schroom kandidaat mocht stellen. Zonder hem hadden we deze erkenning nooit gekregen.

De winnaar werd bekendgemaakt door Joke Schauvliege op zaterdag 28 april 2012 in Tienen. Op een later moment organiseert OPENDOEK in Knokke-Heist een viering en ontmoetingsmoment met aanwezigheid van de lokale theatergroepen. Knokke-Heist en haar initiatieven voor het amateurtheater zullen een jaar lang de nodige aandacht krijgen in o.a. het magazine OP&doek. Daarnaast kan de gemeente zich inschrijven voor een trajectbegeleiding (screening) door het Forum voor Amateurkunsten om na te gaan hoe de amateurkunsten in de gemeente nog beter ondersteund kunnen worden.

Bookmark and Share

[recensie] Tot de dood ons scheidt… – Jo Claes ****

De Leuvense schrijver Jo Claes bracht in 2008, na een uit de hand gelopen caféweddenschap, zijn eerste misdaadroman ‘De Zaak Torfs’ uit. Claes heeft sindsdien niet stilgezeten want voor een bomvolle zaal in het Provinciehuis werd enkele weken geleden het vijfde exemplaar uit de Berg-reeks voorgesteld: ‘Tot de dood ons scheidt…’.

Net als in de vorige boeken speelt ook deze zaak zich af op Leuvense bodem en dat geeft wie vertrouwd is met de studentenstad weer net iets extra’s. Er wordt koffie gedronken in Gambrinus, afgesproken in Notre Dame en het grafmonument op de cover staat sinds het uitlezen van het boek op mijn to-visit lijstje. Voor wie het zich nu al afvraagt: het witte marmer schittert op de stedelijke begraafplaats achter de Philipssite.

Een verdacht overlijden, een vreemd testament, een dode professor in de bouwput aan het Fochplein: hoofdinspecteur Thomas Berg krijgt weinig tijd om te bekomen van zijn vakantie in Italië. Het wordt allemaal nog vreemder wanneer er verbanden opduiken met een jonge dichter die door de Gestapo in 1943 om het leven werd gebracht.

‘Tot de dood ons scheidt…’ is een lijvig en spannend boek. Dat heeft veel te maken met de verschillende verhaallijnen die talrijker aanwezig lijken dan in de vorige romans. Ook het aantal personages is hoog maar nooit onoverzichtelijk. De gebruikelijke weetjes die Claes verwerkt in zijn verhalen keren nu ook terug naar een stad in oorlogstijd en dat is leuk om te lezen.

Een twist die de Leuvense realiteit met fictie vermengt, een setting die soms aan Poirot doet denken en enkele welgeplaatste cliffhangers: het zijn maar enkele redenen waarom ik in ‘Tot de dood ons scheidt…’ wilde blijven lezen. Dat ik de laatste pagina rond één uur ‘s nachts doorploeterde en niet pas op de werkdag nadien, is daarvan het bewijs. Het doet me die ene iets te toevallige ontmoeting van Berg op het Forum Romanum met plezier vergeten.

O ja. Rondlopen in Leuven tijdens of vlak na het lezen van een Thomas Berg: het voelt wat vreemd, maar zet wel aan tot rondkijken.

Leven in Leuven mag één exemplaar van dit schitterende boek weggeven. De tiende persoon die ons via het contactformulier laat weten welk geschenk van de KULeuven de cover van een boek van Jo Claes siert, heeft prijs.

Praktisch
Jo Claes: Tot de dood ons scheidt…
Uitgegeven bij Houtekiet, 480 p.

Bookmark and Share

De klokken en de beiaarden van de Parkabdij

Op zondag 13 mei om 16u spreekt Luc Rombouts over de De klokken en de beiaarden van de Parkabdij. Net zoals in andere abdijen werd ook in de Parkabdij het dagelijkse leven bepaald door het geluid van klokken. Meermaals werden klokken gegoten in de abdij zelf. Maar de abdij van Park schreef ook beiaardgeschiedenis. In 1479 klonk in de abdij het vroegst gekende voorbeeld van een melodische voorslag die een bestaande melodie weergaf. In 1730 verwierf abt De Waerseghere een prachtige beiaard die na de Franse tijd verhuisde naar de Leuvense Sint-Pieterskerk. En niet zo lang geleden werd in de abdij beiaardmuziek van grootvader Van Beethoven gevonden. Waarheid of fictie ?

De boeiende geschiedenis van klokken en beiaarden in de abdij van Park wordt ons verteld door Luc Rombouts, beiaardier van de KU Leuven en auteur van het boek ‘Zingend brons’. De lezing wordt geïllustreerd met beeld- en klankvoorbeelden en er ook enkele originele objecten worden aan het publiek getoond. De lezing is een organisatie van de Vrienden van de Parkabdij vzw en gaat door in de salons van de abdij. De toegang is gratis.

Bookmark and Share