Abke Haring daagt je uit

Holle woorden vliegen als pingpongballetjes over en weer. Vijf personages stapelen woorden op tot nietszeggende constructies die ergens in het luchtledige blijven hangen. Zonder iets te betekenen, zonder te raken. De mechanische bewegingen die de personages willekeurig uitvoeren, benadrukken het gebrek aan betekenis. De mens is een robot, die vervreemd is van zichzelf en van de anderen. Menselijk contact dat echt raakt, beroert lijkt niet meer mogelijk. En die kilheid wordt versterkt door het decor. Een leeg speelvlak met een doodse grijze vloer, gevuld met drie vreemde objecten. Een monsterlijke machine die af en toe beweegt en een mechanisch geratel uitstoot, een bureau dat best uit Star Wars zou kunnen komen en een metalen trapconstructie die tot aan het plafond reikt.

Dat is hoe ik de nieuwste productie van Abke Haring misschien het best kan omschrijven. Uiteraard staat de voorstelling in het programmaboek iets minder abstract beschreven, als een stuk over een nachtploeg fabrieksarbeiders die ‘met ingesleten discipline routineus hun handelingen voltrekken’. Maar meer verhaal kan je er echt niet in ontdekken. Dat was al tijdens de eerste tien minuten duidelijk (of waren het er maar vijf?) die in absolute stilte voorbijgingen. Ik probeerde de reactie van mijn vriend vanuit mijn ooghoeken op te vangen. En mijn vermoeden werd bevestigd, zijn lichaamstaal sprak boekdelen: dit is niet mijn ding. En eerlijk gezegd ook niet het mijne. Toegegeven, we hadden een vermoeden dat het wat alternatiever, experimenteler zou zijn. Maar dit hadden we echt niet verwacht. Als ik mijn gevoel tijdens die voorstelling zou moeten omschrijven, dan komt verbijstering het dichtst in de buurt. Niet meteen die avond ontspanning waar je naar uitkijkt na een lange werkdag.

Hoewel ik wat ontgoocheld in mijn bed ben gekropen – nog een avond die te snel voorbij was gegaan – is een theatervoorstelling zelden zo lang en in die mate blijven hangen als ‘Trainer’. Het is alsof er sindsdien een spin leeft in mijn hoofd, die een web probeert te weven tussen verschillende hersencellen, op zoek naar verbanden en een interpretatie van de opvoering. Mijn creatieve geest gaat in overdrive.

Die avond had ik misschien wat spijt dat we ondanks ons voorgevoel tickets hadden gekocht, maar achteraf gezien ben ik alleen maar dankbaar dat ik tegen mijn intuïtieve stroom in ben geroeid. Want wat hadden we anders gedaan? Op een doordeweekse avond zijn de mogelijkheden sowieso beperkter dan in het weekend – alleen al wat het tijdsbestek betreft. Dus dan beland je al snel voor de televisie. En zeg nu zelf: wat heeft die tegenwoordig nog te bieden? Ik ga er prat op dat een uitzending ‘Komen Eten’ of ‘De Beste Singer-Songwriter van Vlaanderen’ niet dagenlang in je hoofd blijft nazinderen of je uitdaagt om een eigen interpretatie te zoeken. Want zo’n programma’s blinken net uit in kant-en-klaar entertainment waar niet meer bij nagedacht moet worden.

Daarom heb ik me voorgenomen om mij meer te laten uitdagen. Precies tickets te kopen voor voorstellingen waar ik eigenlijk geen zin in heb. Het is misschien niet de eenvoudigste manier om een avond door te brengen – je loswrikken uit de zetel waar je na het eten zo gemakkelijk in belandt is niet altijd evident. Maar als ik bedenk hoeveel ik van een avond Abke Haring heb teruggekregen, ligt de motivatie voor de hand. Zo’n theatervoorstelling is een cadeau voor de geest. En ik kan het daarom ook alleen maar aan anderen aanraden. Durf jezelf uit te dagen, ‘Komen Eten’ wordt nog wel eens herhaald.

‘Trainer’ van Abke Haring. Gezien op 28/11 in STUK.

Dit artikel verscheen eerder op Cultuurminded.

Bookmark and Share

Er worden geen reacties toegelaten op dit artikel.