Archief per auteur

Leuven zien en blijven

Als het gesprek erop terechtkomt, benadruk ik graag dat ik in Leuven ben geboren – in Gasthuisberg. Ik ben daar op één of andere manier wel trots op, terwijl het natuurlijk helemaal geen persoonlijke verdienste is dat mijn moeder niet is beginnen bevallen in bijvoorbeeld the outskirts van Brussel om zo in pakweg het UZ Jette terecht te komen.

Ik woon hier dan ook al mijn hele leven en ik ben er nog niet op uitgekeken.

Langs de kant van de vader van mijn vader kom ik zelfs tot waarschijnlijk in het oneindige uit het Leuvense; Blanden en Bierbeek, die regionen. Daar ben ik dan ook weer trots op, dat maakt van mij meer een Leuvenaar, vind ik dan, dan van mijn moeder die in Limburg is opgegroeid, Leuven zag als jonge studente en besloot nooit meer weg te gaan. Je kan het haar niet kwalijk nemen, samen met al die andere studenten die niet meer teruggaan naar hun provinciegat.

Hoe lang woont u al in Leuven? Sinds de memorabele dag waarop u begon te studeren aan onze fraaie universiteit? Of is dat van uw geboorte al – hoeveel generaties gaat dat terug? Dat commentaarvakje staat daar met een reden.

Bookmark and Share

Leuven als toerist

Ik heb een tijdje in Krakau gestudeerd, vorig jaar, en daar leer je dan onvermijdelijk mensen kennen van internationaal allooi. Zo kom je ertoe een facebookaccount aan te maken met als voornaamste excuus contact houden, tot het een jaar later is en je beseft dat alles verwaterd is en je facebook alleen nog maar dient om applicaties te negeren. Het leven na de reverse culture shock is inderdaad harder dan gedacht, maar wat heeft dit alles nu met Leuven te maken?

Ik heb mij niet van admin-area vergist, mocht u dat denken. Via de minifeeds die je dan onvermijdelijk toch in het oog gaat houden – Jan Peeters en Tom Jansens are now friends, so what? – zag ik dat iemand die vorig jaar nog een vriend uit Finland was, en geen facebookvriend, in Turnhout was. Of all places. De stadsblog van Turnhout – oh vooruitgang – verwijst door naar een site met als titel Gazet Van Turnhout, wat van de stad de facto een minder hippe bedoening maakt. Zoiets laat ik niet graag gebeuren.

Dat heb je via facebook dan snel duidelijk gemaakt – heeft die account na een jaar aanmodderen dan toch zijn nut bewezen. Om drie uur vanmiddag pikte ik een Finse dagjesmens op in the entrance hall van ons station, waarna we, een broodje later, op pad gingen. Zo zie ik Leuven zelf ook eens van een andere kant dacht ik. Omdat ik om zes uur al dinnerplans had werd het een quick visit, maar dat bleek helemaal niet erg, een reden te meer om terug te komen.

Ik ga u niet vervelen met de route die we hebben afgelegd en wat we al dan niet hebben gezien, om de eenvoudige reden dat ik die gewoon niet onthouden heb, ik heb zo weinig oriëntatiegevoel dat ik weleens in ons stadspark durf te verdwalen, alleen waag ik mij daar dus niet. Met Finse exchangers ook niet, want die kennen de weg daar nog een pak minder.

Maar naast een toerist staan die het stadhuis bewondert dat je zelf elke dag in de gauwte voorbijfietst, het maakt dat je jezelf op vakantie gaat voelen, zoals ik in Italië altijd een beetje jaloers was op mensen die in Venetië of Sienna woonden. Wel, wij hebben ook zo’n stad – dat is de pointe van dit bericht. Geniet ervan nu de zon schijnt.

Bookmark and Share

Zeven broodjes gezond (7): de laatste broodjes …

… wegen het zwaarst.

Tot zover de onnozele woordspelingen deze week. Woensdag vandaag, de zevende dan nog, lente buiten, je zou denken, op dergelijke dagen wil je niet anders dan een zevende broodje gezond gaan eten. De goede verstaander heeft vast al door dat dat broodje er niet van gekomen is vandaag.

Wie de vorige zes berichten (webloglezers die hier een link verwachten zijn lui, maar ik ben dat ook op deze tamme woensdagavond, dus duik ook eens in de archieven) gelezen hebben hebben het vast al begrepen, die dingen zijn belegd met steeds dezelfde belegsels en besmeerd met sausjes die bedroevend weinig van elkaar verschillen. Ik had vandaag geen zin in een – kraakvers, dat wel – bruin broodje met mayonaise (waar ik tóch niet van ga vermageren), worteltjes, komkommer, sla, tuinkers en tomaat. De occasionele uitschieters zoals daar waren een broodje met maïs – bwèk – of de twee laatste met achtereenvolgens een verfrissend sausje en een heuse knolseldersmurrie niet te na genomen is er in de Leuvense broodjesscène dan wel enorm veel te beleven, maar een hartaanval ga je er niet van krijgen.

Om die reden, voornamelijk, heb ik dat zevende broodje gelaten voor wat het was. Bijna drie euro uitgeven aan een blogbericht dat ik zo ook had kunnen schrijven, zonder het broodje zelf op te eten vond ik plots een beetje zot, ook al is het het begin van de maand. Bovendien is de oorspronkelijke reden – springuren op woensdag – al een tijdje weggevallen, wegens consequent brossen van mijn kant.

Tot ziens.

Bookmark and Share

Bij het verjaren van de burgemeester

Meer hoeft er niet gezegd worden dan dit: Louis is een grote meneer.

Hiep hiep!

Bookmark and Share

Zeven broodjes gezond (6): Het Koekenhuis

Het is dan wel al donderdag geworden intussen, maar ik heb weldegelijk ook deze woendag een bruin broodje gezond besteld én opgegeten. Plichtsbewust en wel, trouwens, ik ben namelijk al mijn lessen gelaten voor wat ze waren gisteren en dus had ik ook geen spinguren om te vullen. Bij de keuze van de zaak heb ik valsgespeeld, ik ben ergens gegaan waarvan ik wist dat ze er een exquis broodje gezond maken, in Het Koekenhuis in de Brusselsestraat, tegenover het Elfenatelier. ‘t Is eigenlijk een bakker, maar ze zijn ook maar met broodjes begonnen.
De vrouwen achter de toog zijn helaas uitzonderlijk ongeïntresseerd in hun klanten en komen daardoor nogal onvriendelijk over, maar uiteindelijk zeggen ze bij het buitengaan toch eenstemming en plichtsbewust dag en bedankt. Nu, voor 2 euro tachtig mag dat wel. Ik popelde al, want ho maar, dat broodje, ik ken het al een tijdje, en elke keer kijk ik er oprecht naar uit. Het komt zelfs zover dat ik nog nooit de rest van de kaart heb bekeken, maar die bleek gevuld met de usual crap.

Ze zijn dan misschien niet helemaal sympathiek, creatief zijn ze wel, want ze hebben een broodje bedacht met alle traditionele elementen én knolselder in een of andere dressing die ongeloofelijk lekker maar helaas ondefinieerbaar is. Knolselder is het soort groente die ik nooit heb gelust, tot er iemand op het idee kwam het goedje rauw in een sausje te serveren. Daags na die ontdekking kocht ik in de Colruyt zelf een knolselder, en het kneusje dat mij aan de kassa bediende, wist geeneens wat voor modderig geval daar in mijn kar lag.

Een ondergewaardeerde groente, om het maar even te zeggen. Voor knolselderadepten of liefhebbers van lekkere broodjes gezond die net een beetje meer te bieden hebben – voor net een beetje meer geld – is er dus voorlopig een Beste Broodje, al geef ik de zaak van volgende week nog alle kansen mee. Uiteindelijk smaakt alles beter als het met de glimlach gemaakt wordt, al maakt een kwab knolseldersmurrie in dit geval veel goed.

Bookmark and Share

Zeven broodjes gezond (5): Pinky

Het adres van broodjeszaak Pinky laat zich best omschrijven als naast de sekswinkel. Dat mag onzedig klinken voor een brave stadsblog, maar zo weet iedereen tenminste precies waar hij moet zijn voor het beste broodje gezond dat ik totnogtoe gegeten heb. U ziet, geen cliffhangers in dit bericht, maar langs de andere kant, zo groot was de concurrentie ook niet.

Er stond een rij tot buiten aan te schuiven, maar de lente is in het land, de mensheid is weer wat vrolijker geworden, wie maalt er nog om een wachtende meer of minder? Zolang op het einde van de dag ieder gespijsd is, dacht ik als een echte barmhartige terwijl ik in de lentezon stond aan te schuiven.

Pinky heeft een heleboel troeven. Zo hangt er een prijslijst buiten, waardoor mijn broodje dan wel geen verrassing meer was, maar ik tenminste al wist hoeveel dit grapje mij weer ging kosten. Wij van leuvenblogt kunnen immers geen onkostennota ingeven. 2,75 euro, las ik, en verder traditionele beleggingen die u vast al samen met mij kan opzeggen, zoals daar zijn sla tomaat tuinkers worteltjes eike komkommer en ook – colloquiaal gezegd – mayo.

Een andere troef is dat de broodjeszaak klinisch proper lijkt te zijn. Je weet natuurlijk nooit welke viezigheden zich verschanst hebben tussen de haring- en zalmfilets, maar met een werkblad dat reclame zou kunnen maken voor eender welk schoonmaakproduct lijkt me dat geen levensgroot probleem. En dan heb je nog de vriendelijke blonde vrouwen van boven de vijfendertig die de achterkant van de toog bevolken, een beetje ieders moeder voor zolang het duurt.

Niet dat het lang duurt bij Pinky, van zodra de klant een bestelling heeft gedaan wordt er een spervuur aan vriendelijke vragen afgevuurd met als enige doel hem of haar helemaal tevreden zo snel mogelijk buiten te krijgen. Zo wordt ook aan mij nog gevraagd of ik die mayo nog wel zie zitten, tenslotte is het een broodje gezond. Mayonaise is dat per definitie niet, maar toch zeg ik ja, conform de regels van het spel.

De tijd dat broodjeszaken halfvergisterde stokbroden serveerden is duidelijk – en gelukkig – voorbij, ook dit broodje is kraakvers. En belegd met alles wat mij beloofd was, plus de mayo, die geen gewone mayonaise blijkt te zijn, maar een sausje met yoghurtachtige allures en zwarte stipjes die ik niet kan thuisbrengen. Mij niet gelaten, het is lekker, zo in het zonnetje hapt dit broodje lekker weg.

Voor vriendelijke service én een lekker broodje moet u – for the time being – naast Leuvens meest geniepige winkel zijn. Bij Pinky, that is, al is de taart bij Bultynck lang niet slecht.

Bookmark and Share

Streetsleep Martelarenplein

streetsleep11.jpg

(foto Robin Broos)

Zoals je hier al kon zien werd het Martelarenplein dit weekend door Mobile School omgebouwd tot een krottenwijk. 300 jongeren bouwden een dertigtal krotten om er zelf in te overnachten. Dit om op een positieve manier aan te kaarten dat dat voor honderd miljoen kinderen de dagelijkse realiteit is.

De namiddag doorkomen, daar was niets aan. Na het bouwen van de krotten werd er vanalles op touw gezet om de aanwezige jeugd – in de volksmond weleens verkeerdelijk als leeghangers of klaplopers omschreven – bezig te houden. Veel was daar overigens niet voor nodig. Volgens Arnoud Raskin van Mobile School is dit een teken aan de wand: ‘De jeugd van tegenwoordig is niet zo tam als mensen wel zeggen. Wij geven hier op een positieve manier het signaal dat ook zij met ontwikkelingshulp bezig zijn.’

streetsleep2.jpg

(foto Robin Broos)

De avond was ook een fluitje van een cent, met een degelijke maaltijd van Jeroen Meus zelve en optredens van lokale beroemdheden als Yevgueni, Milow en Anton Walgrave. Na een openluchtfilm was het aan de jeugd zelf om zich bezig te houden. De organisatie was op voorhand bezorgd dat er hier en daar wel eens iemand domme dingen zou kunnen doen in een zatte bui, maar dat bleek ongegrond, iedereen toonde zich van zijn netste kant.

De nacht zelf was hard. Leuvenblogt was erbij, uw correspondent houdt namelijk niet van half werk en behoort niet tot het slag mensen dat gaat schrijven over dingen waar ze niet bij was. Het is een houding die ik me weleens kan beklagen, bijvoorbeeld tegen halfvier ‘s nachts op het martelarenplein, met tussen mezelf en de plavuizen een matje dat de schijn van comfort helaas niet kan hooghouden. Je gaat er dan weer andere dingen van appreciëren. Je eigen bed, bijvoorbeeld, ‘s anderendaags.

‘s Ochtends een ontbijtbuffet en daarna volgde helaas de opruim, die ik, principes of niet, aan de sympathieke organisatie van de happening heb overgelaten. Maar omdat straatkinderen op zondag vast geen koffiekoeken krijgen, heb ik de mijne ook maar laten liggen thuis.

Het moet trouwens ook gezegd: de stad toonde zich tijdens deze happening van haar mooiste kant. Ghettoblasters om halfvijf ‘s nachts, kwatongen zouden het nachtlawaai kunnen noemen, maar als het het goede doel vooruithelpt is dat in Leuven geen probleem.

Bookmark and Share

Zeven broodjes gezond (4): Carpe Diem

Ik bestel elke woensdagmiddag ergens anders een bruin broodje gezond, zeven weken lang. Op elke vraag (genre extra groentjes, mayonaise) die mij daarna gesteld wordt antwoord ik ja. Eens een broodjeszaak binnen mag ik niet meer buiten, hoe vuil ze er ook uitziet. Ik eet niets anders tot zes uur, want van een broodje gezond verwacht ik dat ik ermee door kan tot het avondeten.

Vandaag kreeg Carpe Diem in de Vital Decosterstraat – tegen het Ladeuzeplein – een nieuwe kans. Er stond een rij die doenbaar leek en zo kwam ik aan te schuiven in wat wel de moeder van alle Vlaamse broodjeszaken leek, een te kleine ruimte met kaarten in duizend verschillende designs overal aan de muren, een uitstaltoog waarin groenten liggen te verleppen en daarbij een poging tot hip meubilair. Je moet volgens mij geboren zijn in Vlaanderen om dáár honger van te krijgen, maar het liep al tegen enen, dus het heeft me niet weerhouden van mijn woensdagse slagzin: voor mij een bruin broodje gezond.

Echter deze keer niet zonder spijt, Carpe Diem lijkt wel te specialiseren in broodjes die mij – en dus vast ook u – beter zouden smaken, naast de traditionele mikmak heb je er broodjes met spinazie, kip, curry, ananas, witloof, appel, zalm, scampi’s en feta en dat dan nog in alle mogelijke combinaties. Dat heeft echter zijn prijs, voor minder dan drie euro moet je het met een broodje kaas of aanverwanten stellen.

Hoeveel mijn broodje gaat kosten is een goed bewaard geheim, het blijkt de gewoonte te zijn broodjes gezond niet op de kaart te vermelden. Volgens mij doet de broodjesman achter de kassa ook maar wat, hij begint wat te jongleren met sla en tomaten en vraagt achtereenvolgens of ik een sausje wil, komkommers of augurken verkies en of ik van worteltjes houd. Naar de regels van het spel zeg ik ja – komkommers – ja en kiest ik voor mayonaise eerder dan voor ketchup of currysaus. Dat blijkt me 25 cent te kosten, samen met de 2,50 van het broodje heb ik dus geluncht voor 2,75 euro.

Eerlijk is eerlijk, het smaakt, maar opnieuw – ik ben wanhopig op zoek naar een nieuwe prikkel – krijg ik een verzameling groenten op een broodje, en geen graantje meer. Sla, tomaten, komkommer, een eitje, tuinkers en worteltjes vormen mijn middagmaal op een broodje dat na een kwartier fietsen zelfs nog krokant is. Het is lekker, het vult, maar ik raad het u niet aan. De wildgroei aan Leuvense broodjeszaken moet beter kunnen.

Bookmark and Share

Zeven broodjes gezond (3): De pasv!te

Ik bestel elke woensdagmiddag ergens anders een bruin broodje gezond, zeven weken lang. Op elke vraag (genre extra groentjes, mayonaise) die mij daarna gesteld wordt antwoord ik ja. Eens een broodjeszaak binnen mag ik niet meer buiten, hoe vuil ze er ook uitziet. Ik eet niets anders tot zes uur, want van een broodje gezond verwacht ik dat ik ermee door kan tot het avondeten.

Na de pauze die paasvakantie heet zijn we er weer klaar voor, wat het acadiemiejaar betreft. Op springuren hebben ze bij de K.U.Leuven nog steeds niets gevonden, dus ook broodjeszaken hebben hun bestaansreden nog niet verloren. Vandaag ging het overigens niet zo vlot, ik wou eerst bij Carpe Diem in de Vital Decosterstraat, maar die rij was onooglijk lang. The Cottage in de Dietstestraat doet wel broodjes maar geen groentjes, de Panos even verder laat ik al jaren links liggen en in café Vandevelde hebben ze ongeloofelijk lekkere broodjes, maar daar doen ze dan weer geen take-out.

Dus kwam ik terecht in de Tiensestraat, bij Pasv!te, een broodjesbar/croissanterie waar je, volgens hun eigen bewoordingen, ook meeneemdinges kan kopen. Wat dat moge zijn kom ik snel te weten, de hele rij lang word ik verleid door snoep, chocoladerepen en giganteske zakken chips. Samen met een paar croissants, rijkelijk en kleurrijk besuikerde donuts en smeuïge brownies doen ze erg hun best mijn gezonde leven te dwarsbomen, maar als het na even watertanden aan mij is bestel ik tóch, met een beetje hartzeer, een bruin broodje gezond.

Dat broodje wordt zonder morren gemaakt, ook al staat het niet op de kaart, die ingedeeld is in healties, classix en specials. Je kan hier zelfs een broodje met nutella, honing of speculaaspasta eten. Helaas ben ik hier niet voor een Fins broodje of een philadelphia deluxe, maar voor de bruine baguette die ik voor 2,30 euro mee mag nemen. Ik begin er onbevooroordeeld aan, tenslotte is het lente en zijn er veel groenten verkrijgbaar.

Het beleg: tomaten, sla, komkommer, worteltjes, een eitje, een klein toefje tuinkers en ook een nieuwkomer: een paar korreltjes maïs. Een hele hoop gezonde dingen dus, op een broodje dat net een beetje verser mocht zijn. Er zat wél mayonaise op, dat slikt gemakkelijk weg. Nu ja, ik sta er dan even niet bij stil hoe vettig dat wel is, maar goed. Het vult dan ook mijn bijzonder hongerige maag, als ik om halfzes een halfuur ga joggen voel ik geen greintje honger en, ook belangrijk, ik kom heelhuids terug thuis.

Het is lekker én goedkoop, maar niet de uitspringer waar ik op zit te wachten. Als ik zin heb ik een donut in alle kleuren van de regenboog weet ik waar ik moet zijn, maar de zoektocht naar het perfecte broodje gezond gaat verder.

Bookmark and Share

Zeven broodjes gezond: pauze

Bij gebrek aan lessen heb ik ook geen springuren meer. De boterham met kaas die mijn middag vulde is écht geen recensie waard. Daarom worden de broodjes gezond opgeschort tot na de paasvakantie. Voor de tussentijd: smakelijk.

Bookmark and Share